Opdracht 2

iDevice-pictogram Kenmerken van goede instructietaal

Hoe zijn uw instructies? Kruis aan.


 


helemaal niet waar




helemaal waar

Instructies






Ik gebruik makkelijke woorden.

Ik gebruik alleen korte, eenvoudige zinnen.

Ik gebruik signaalwoorden.

Ik herhaal de instructies op verschillende manieren.

Ik geef voorbeelden bij de instructies.

Stem






Ik spreek rustig en duidelijk.

Ik articuleer goed, maar niet overdreven.

Ik benadruk de woorden die belangrijk zijn.

Ik pauzeer soms tussen twee woorden of zinnen


nooit




altijd

Taalvorm






Ik gebruik de beleefde vraag.

Ik gebruik de imperatief.

Ik gebruik modale partikels.

Ik gebruik de “we-vorm”.

 

 

 

Ik gebruik de “jullie-vorm”.

 

 

Ik gebruik het diminutief.