Brainstorm
Een voorbeeld: brainstorm over het woord groente als voorbereiding voor een dialoog over het kopen van groente op de markt.
D Wie weet er namen van groentes? S1 Sla D Ja S2 Paprika S3 Aardappels D Nee, aardappels zijn geen groente.
Naar: Kijk op de klas, p.47.
De docent reageert hier vanuit de Nederlandse indeling van groente-aardappels-vlees maar brengt die niet expliciet ter sprake.