Transcript Buitenaards leven
Buitenaards Leven
Bron: Hoe?Zo! Radio. (Teleac, 20.02.2008)
Duur:
4 minuten
Welkom
bij Hoe?Zo!. Hoe?Zo! Radio. Wij doen
niet moeilijk over wetenschap.
Goedenavond.
Het is woensdag 20 februari 2008. Decanen saai? Nee, helemaal niet. Als het aan
de nieuwbakken decaan Lucht- en Ruimtevaartechniek van de TU Delft ligt, gaan
we actief op zoek naar buitenaards leven en koloniseren we de ruimte; kunnen we
in de toekomst nog eventjes naar Mars verkassen. En dan nog is Jacco Hoekstra
geen futuroloog maar, ik zei het al, decaan. Goedenavond meneer Hoekstra.
Goedenavond.
Wat
hebben wij als mensheid eigenlijk te zoeken in de ruimte?
Ja, van alles. Eigenlijk twee belangrijkste
dingen. Extra ruimte en antwoord op belangrijke vragen.
Zoals?
Belangrijke vragen, uiteindelijk de grote
vraag waar wij allemaal vandaan komen en waarom wij hier zijn. Dat gedeelte van
die antwoorden liggen in de ruimte, dat vooral bij het zoeken naar buitenaards
leven.
U
denkt dat er buitenaards leven is?
Als je die vraag anders formuleert, dan
lijkt dat ook heel logisch. Je zou kunnen zeggen ’Is in dat hele grote heelal,
met al die miljarden sterren en planeten, is dan de aarde de enige plek met
leven?’ Nee, dat gaat er bij mij inderdaad niet in.
Dat
gaat er bij u niet in, maar u zit op een deel van de universiteit waar toch vooral
de snoeiharde wetenschap telt en niet dit soort gezoek naar vage vragen. Vage
antwoorden moet ik misschien zeggen.
Het is één van de doelen om de ruimte in te
gaan. En ik ben inderdaad decaan van de faculteit Luchtvaart- en
Ruimtevaartechniek in Delft. Dus dat is één van de redenen om de ruimtevaart te
doen en daar technologie voor te ontwikkelen.
En dan
maar te hopen dat je dat doet om onder andere buitenaards leven te ontdekken.
Dat is dus, wat ik net al zo, best wel
belangrijk. Als wij inderdaad buitenaards leven in ons zonnestelsel hebben, dan
is natuurlijk de volgende vraag, in hoeverre is dat familie van ons en dat
raakt dus heel direct de vraag waar wij vandaan komen.
Heeft
u al AIO’s aangenomen die zich daar mee bezig gaan houden?
Er zijn studenten nu wel bezig met bijvoorbeeld
een missie om te kijken of er voldoende water onder het ijs van de maan Europa bij
Jupiter is en ook het kijken naar geschikte landingsplekken voor de Mars
missie. Daar wordt aan gewerkt aan de faculteit.
U zegt
het al, Mars is de eerste plek waar we moeten gaan kijken, vindt u?
Binnen ons zonnestelsel zijn er gewoon twee
goede kandidaten voor buitenaards leven. Dat is inderdaad Mars. Misschien in
het verleden toen Mars natter was. Dus dat we alleen wat fossielen vinden. Maar
de tweede plek waar nog vloeibaar water is, is waarschijnlijk onder het ijs van
de maan Europa bij Jupiter.
U
denkt, dat is het begin ‘Als we dus water aantreffen dan is er dus leven of
leven geweest op die plekken en dan kunnen we verder gaan zoeken.’
Ja, maar er zijn meer aanwijzingen. Het is
een patroon van barsten in het ijs van de maan Europa aangetroffen die erop
wijzen dat er dus inderdaad oceanen onder zitten. Maar er is nog iets extra,
dat is dat er een soort rood stof op die barsten gevonden is. En die kleur
kennen wij op aarde eigenlijk alleen van
stoffen die geproduceerd worden door bacteriën.
Dus er
zitten bacteriën?
Nou bacteriën. Als het toevallig dezelfde
soort is, dan zouden dat bacteriën kunnen zijn. Op die schaal zou je wellicht
kunnen denken. Ik denk wel dat, sowieso als we buitenaards leven vinden, wat
minder verwant aan ons is, dat we best ook nog wel enige teleurstelling kunnen
hebben over hoe dat er dan uit ziet. Dat zullen niet direct mannetjes zijn. Dus
dan krijg al heel snel waarschijnlijk tegen die tijd de vraag ‘Het zijn wel
hele ingewikkelde moleculen. En er gebeurt van alles. Maar is die rode coupe onderop
het ijs van Europa, is dat nou leven of geen leven?’ Dat zag je ook al bij de meteoriet
van Mars. Daar werden fossielen gevonden. Meteen was de discussie ‘Is het nou organisch
of niet organisch? Er zijn misschien ook niet-organische manieren waarop het
gevormd had kunnen kon worden.’ Dat
soort discussies zal je dus ook krijgen. Daarom zal het ook niet in een keer
een knal zijn van we hebben allemaal marsmannetjes gevonden. Maar het zal veel
eerder gaan dat we steeds ingewikkeldere dingen vinden, dat we op een gegeven
moment concluderen: dit is leven.
Net zoiets
als bij ons alleen dan anders uitgewerkt.